Je blijft vaak trouw aan een bepaald product omwille van... de geur. Daarna omwille van het gevoel, de textuur, en pas helemaal op het einde: voor wat het eigenlijk doet.
Ik zie het ook bij mij in het salon. Klanten kopen vaak iets simpelweg omdat het zo lekker ruikt. En geef toe, dat is toch logisch? Ikzelf sta ook schaamteloos te snuiven aan de zonnecrème omdat die zó heerlijk ruikt. Verslavend goed, echt. Eén likje op je huid en je dag is al goed. Want zo werkt dat met verslavingen...
Maar… wat als je huid zélf verslaafd raakt?
“Ik gebruik merk X, want van al de rest krijg ik uitslag.”
Een zin die ik bijna wekelijks hoor. In het salon, op het werk, op familiefeesten... Mensen zweren bij dat ene potje dat ze al jaren gebruiken. Nooit veranderd, niet van merk, zelfs niet van type crème binnen dat merk. En als ze eens een ander product proberen, keren ze vliegensvlug terug:
“Het voelt niet hetzelfde, mijn huid is droger, ik heb puistjes gekregen!”
Hun vertrouwde potje wordt terug op het voetstuk gezet, spotlight erop, applausje van de huid.
Maar waarom werkt precies dat ene product wél?
Schijn bedriegt
Om te begrijpen wat jouw huid écht nodig heeft (en wat niet), moeten we spieken naar de INCI-lijst – dat is de ingrediëntenlijst op de verpakking. Hoe meer vooraan een ingrediënt staat, hoe meer ervan in het product zit. Staat het ergens achteraan te bengelen? Dan zit er maar een snuifje in. Of minder.
Focus dus vooral op de eerste ingrediënten, want die maken het verschil.
Wat je liever niet ziet
Die eerste ingrediënten moeten kwalitatief zijn. Want als daar al rommel in zit, dan weet je eigenlijk genoeg. Wat je voelt op je huid, is jammer genoeg niet altijd wat je huid nodig heeft.
Neem bijvoorbeeld minerale olie (zoals paraffinum liquidum). Die komt vaak als één van de eersten voor in het lijstje. En die zorgt voor een vals gevoel van hydratatie.
Wat doet minerale olie dan?
Wel, ze legt een soort plastic folie over je huid. Vocht kan er niet meer uit, dus je huid lijkt gehydrateerd. Maar ondertussen denkt je huid:
“Ah, ik moet niks meer doen? Chill!”
Ze stopt met talg aanmaken en raakt lui. En wanneer je dan stopt met smeren, krijg je… jawel: droge huid, uitslag, puistjes.
Oplossing? Terug smeren met diezelfde crème. En zo blijf je in het rondje draaien. Huid blij, jij niet.
Tijd voor de lenteschoonmaak (van je gezicht)
Zie het als je huis opruimen. Eerst chaos, alles ligt overhoop. Maar geef het wat tijd en ineens zie je opnieuw de vloer.
Zo gaat het ook met je huid.
Stop je met minerale olie, dan moet je huid weer zelf gaan werken. Alles komt eruit – puistjes, roodheid, de hele mikmak.
Maar na een zestal weken (dat is de tijd die je huid nodig heeft om te vernieuwen), is je huid afgekickt. En plots denk je:
“Amai, mijn huid doet het eigenlijk prima zónder dat spul!”
Vaseline werkt trouwens net zo. Veel lippenbalsems bevatten het. En ook daar: blijven smeren om je lippen gehydrateerd te houden. Maar eens je stopt en overschakelt op een balsem met bijvoorbeeld bijenwas of jojobaolie, merk je het verschil. Je lippen leren opnieuw werken.
Conclusie: niet jij moet werken, je huid wel
Als je huid last heeft nadat je met een product bent gestopt, is de oplossing niet: méér smeren.
Nee, dan is het tijd om door te zetten. Ondersteun je huid met producten die haar helpen om zélf opnieuw aan de slag te gaan.
En geloof me, je huid kan dat echt wel. Ze is misschien een diva, maar wel een zelfstandige.
Dus laat jouw huid niet lui worden. Ga voor kwaliteit. En als het even tegenzit, denk dan aan de lenteschoonmaak: het wordt eerst rommeliger, maar daarna weer stralend netjes.
Wil je meer weten over de ingrediënten in jouw verzorgingsproducten?
Hou dan dit artikel in de gaten.
Reactie plaatsen
Reacties